“als dingen [bijv. een spiegel] die vrij zijn van intenties onpartijdig zijn en een helder beeld geven, pas dan het volgende toe op wie wel intenties heeft:
Wrijf hem fijn door middel van het Niets,
maak hem transparant door middel van de Leegte,
dompel hem onder in het Onhoorbare en het Onzichtbare,
zodat hij niet weet waarheen hij zich beweegt.
Volgens mij zal hij in zijn onbegrensdheid de metgezel worden van hemel en aarde; omspoeld door lichtgevende energie zal hij onvermoeibaar zijn. Niets op de wereld zal in staat zijn met hem te wedijveren.”
Wunengzi
Jan de Meyer de vertaler van ‘Wunengzi’ of ‘Nietskunner’ – een taoïstisch boek uit de negende eeuw, licht bovenstaand fragment als volgt toe: (meer…)