de yogi en de dienares

Gepubliceerdop okt 6, 2017

Padmasambhava (Tibetaans: Goeroe Rinpoche = kostbare leraar) vroeg tijdens zijn spirituele reis om onderricht aan yogi’s en yogini’s. Als hij de zeer bekwame yogini Geheime Wijsheid om onderricht wil vragen ontmoet hij haar dienares Kumari, die met een juk over haar schouders water aan het halen is. Zij negeert zijn herhaaldelijke verzoeken om een onderhoud bij de koningin en gaat stil door met het halen van water, daarom nagelt hij met zijn bovennatuurlijke krachten de zware kruiken die aan haar juk hangen aan de grond . “Ze laat het juk van haar schouders glijden, gaat pal voor Padmasambhava staan en roept uit: ‘U hebt grote yogische krachten ontwikkeld, machtige heer, maar wat vindt u van de mijne?’ Met deze woorden trekt ze een fonkelend kristallen mes en snijdt resoluut haar hartcentrum open, waardoor ze de energierijke en onmetelijke grote innerlijke ruimte van haar lichaam blootlegt.” Goeroe Rinpoche schaamt zich beseffende met wie hij te maken heeft en buigt voor haar en vraagt weer om onderricht bij de koningin. Kumari toont ook haar respect voor hem en vervolgens brengt ze hem, immers zijnde haar dienares, naar de koningin.

Judith Simmer Brown legt in haar boek “Het vrouwelijk principe in het Tibetaans boeddhisme” uit wat de betekenis is van dit verhaal. Kumari representeert de ‘dakini’. “Zoals we kunnen afleiden uit de naam Kumari (‘mooi meisje, kroonprinses’) is ze in haar optreden weliswaar nederig, maar in haar begrip en de aard van de werkelijkheid is ze koninklijk en imponerend. Zoals bij veel dakini’s is haar onderricht direct, niet met woorden maar met daden. Ze onderwijst specifiek met haar lichaam en snijdt haar eigen hart open om haar wijsheid te openbaren.  … Kumari laat zien dat haar lichaam niet is zoals het zich voordoet. Ze lijkt jong en bijzonder aantrekkelijk, een object van begeerte, maar ze laat zien dat haar lichaam leeg is en even uitgestrekt als onbegrensde ruimte. In haar hart wordt de uiteindelijke aard van de werkelijkheid geopenbaard. En binnen die uitgestrektheid bevinden zich alle verschijnselen, alle zintuiglijke waarnemingen, emoties, gedachten en cognities … Door de blik in haar hartcentrum kijkt de beoefenaar in een spiegel en ziet daarbij de geest en de gehele wereld in een heel ander, overweldigend perspectief. En zoiets kan hij of zij niet aanschouwen zonder de nodige veranderingen te ondergaan. … [Onder de dakini’s is Kumari een wijsheidsdakini.] Volgens de Tibetaanse traditie bezit ze als vrouw het unieke vermogen om veranderingen teweeg te brengen in en kracht te verlenen aan de beoefenaar. … Haar geest is de uitingsvorm van de essentie van oorspronkelijke en ongerepte wijsheid, de fundamentele waakzaamheid die in ieder wezen inherent aanwezig is. Haar vrouwenlichaam sprankelt van levenskracht, in een ongeëvenaard dragen en baren van die oorspronkelijke wijsheid. ” Toch herkent Padmasambhava haar in eerste instantie niet; als voor de [vajrayana-]beoefenaar de tijd er nog niet naar is of de omstandigheden zich er niet toe lenen dan kan de dakini niet herkend worden en treedt er geen realisatie op.

 

Uit: Het vrouwelijk principe in het Tibetaans boeddhisme, de warme adem van de Dakini, Judith Simmer Brown, Kunchab, Schoten, 2004.
Afbeelding: Fragment omslag van Dakini’s Warm Breath: The Feminine Principle in Tibetan Buddhism, Judith Simmer-Brown, Shambala, Boston, 2001.

# # # # # # # # # #