Chao Chou vroeg T’ou Tzu: ‘Hoe is het als een mens die de Grote Dood gestorven is weer terugkeert tot het leven?
T’ou Tzu zei: Je moet niet ’s nachts komen. Wacht op het daglicht en kom.*
Nico Tydeman over deze koan: T’ou Tzu nodig uit tevoorschijn te komen. Verberg je niet. Houd je niet langer schuil. Omhul je niet met de nacht. Treed in het volle licht van de dag. Schaam je niet. Je hebt niets anders. Laat zien wie je bent. Toon je aangezicht. Ga de straat op.
‘De Grote Dood: overgave aan een onoverwinnelijk lijden; … de erkenning van volstrekte machteloosheid. … overvallen worden door een weten dat er geen bevrijding of verlossing is, geen Verlichting, geen zalige gezegende bewustzijnstoestand te bereiken om daar voortaan vreedzaam te toeven. … ook ons zelfbeeld sterft. Mijn zelfbeschermende grenzen, waanidee van een verhoopte identiteit, zijn vloeiende overgangen naar de ander en naar het landschap van de wereld. ‘Ik,’ dat is een knooppunt, innige verbinding al wat komt op mijn weg … Een levend lichaam vervuld van onverzadigbare verlangens, getekend door de dood en gehuld in onwetendheid. En overal waar dit lichaam gaat, vertelt het zonder iets te zeggen dit verhaal: ik heb geen perspectief, geen woorden die Verlichting wekken; ik zie geen horizon waar de vrede gloort; ook als ik lach heb ik niets anders dan mijn tranen. Maar dan? Wat te doen? Hoe terug te keren tot het leven dat al bij al nooit verlaten is?
‘Ga niet in de nacht. Wacht op het daglicht en kom!’ T’ou Tzu nodig uit tevoorschijn te komen. Verberg je niet. Houd je niet langer schuil. Omhul je niet met de nacht. Treed in het volle licht van de dag. Schaam je niet. Je hebt niets anders. Laat zien wie je bent. Toon je aangezicht. Ga de straat op. Doe je werk. Speel met de kinderen. Eet je soep en drink je wijn. Zie je geliefde. Praat over het weer, de politiek, de stijgende prijzen. Wees blij met de vreugde en bedroefd om te treurigheid. Maar preek niet. Geen verheven woorden, geen vage beloftes, geen rooskleurige verhalen. Je ogen en handen, je gestalte vertellen genoeg. In het daglicht van de alledaagse werkelijkheid wordt de waarheid direct en ten volle geopenbaard door je verschijning. Wie het vatten kan, vatte het. Wie het niet vatten kan, is ook nog niet verloren. Je weet immers niet!
Nico Tydeman
* Two Zen Classics, Mumonkan and Hegikanroku translated with commentaries by Katsuki Sekida, Weatherhill, NY, 1995. p.259
uit: Nico Tydeman, Dansen in het Duister, Een proeve van spiritualiteit. Asoka, Nieuwerkerk a.d. IJssel 1999. 136-137
afbeelding: Het temmen van de os afbeelding 10; toegeschreven aan Tenshō Shūbun (天章周文) (1414-1463). ‘ Return to Society Barefooted and naked of breast, I mingle with the people of the world. My clothes are ragged and dust-laden, and I am ever blissful. I use no magic to extend my life; Now, before me, the dead trees become alive.’ – Kuòān Shīyuǎn translated by Senzaki Nyogen (千崎如幻) (1876–1958) and Paul Reps (1895-1990)]. wikipedia,org