Op een dag kwam ik thuis van het boodschappen doen. Ik moest de boodschappen uit mijn auto halen en naar huis dragen. Terwijl ik de zware tassen de keuken in sjouwde, had ik opeens erg met mijzelf te doen en ik dacht: ‘Mijn hemel, nu moet je koken, straks de meditatie leiden in de zendo, hoe krijg je dat allemaal voor elkaar?’ Op dat moment viel mijn oog op mijn meester, verscholen achter zijn krant. Toen kwam zijn grote gezicht te voorschijn en plotseling dacht ik: ‘Laat hij daar maar over nadenken.’ Ik zette de tassen neer en legde mij er op toe de boodschappen zorgvuldig en met aandacht op te bergen. Ik bereidde stap voor stap het eten, at, waste af en ging naar de meditatiehal.
Die avond werd mij heel duidelijk dat ik eenvoudigweg de bagage van mijn karma kan loslaten als ik ophoud erover na te denken en in plaats daarvan mijzelf volledig overgeef aan wat ik op dat moment aan het doen ben, hier en nu.
De Chinese meester Yun-men zei tegen zijn monniken: ‘Ik vraag jullie niet naar de afgelopen veertien dagen, ik vraag jullie niet naar de komende veertien dagen, maar hoe zit het met vandaag?’ Omdat hij wist dat de monniken hier nog niet op konden antwoorden, antwoordde hij zelf: ‘Iedere dag is een goede dag.’